Deodorant en borstkanker.
Nog geen enkel degelijk onderzoek heeft een verband aangetoond tussen het gebruik van deodorants en borstkanker Al jarenlang circuleren er op het internet verontrustende berichten over deodorants die borstkanker in de hand werken. Telkens duiken nieuwe gegevens op en worden andere bestanddelen aangeduid als boosdoener. Om dan opnieuw weerlegd te worden door specialisten. Hoe zit het nu precies?
Niets is zo natuurlijk als zweten, zeker als het kwik stijgt in de zomer. Zweten helpt het lichaam om zijn temperatuur op peil te houden. Op zich is zweet geurloos. Het bestaat voor meer dan de helft uit vocht. Het krijgt een (kwalijk) geurtje door de bacteriën op de huid die het zweet afbreken. En daar begint het probleem. Als je niet wil dat collega's het bureau ontvluchten omdat een lange file in de middaghitte je okselvijvers bezorgde, gebruik je het best een antigeur-middel.
|
Antiperspiranten Er zijn twee soorten antigeurmiddelen: deodorants en antiperspiranten (of antitranspiranten). De twee worden vaak over dezelfde kam geschoren, maar er is een verschil. Antiperspiranten bevatten als belangrijkste actief bestanddeel een aluminiumverbinding, zoals aluminiumchloorhydraat. Dat zorgt ervoor dat zweet tijdelijk tegengehouden wordt en dus niet aan het huidoppervlak komt. Deodorants hebben geen invloed op de lichaamsfuncties en maskeren enkel de geur van zweet. De combinatie van zweetremmend en geurverdoezelend komt ook vaak samen voor. Sinds eind jaren negentig circuleren op het internet en via e-mail berichten dat antizweetmiddelen of antiperspiranten het risico op borstkanker zouden verhogen. Dokter Patricia Servais van de Stichting tegen Kanker licht toe: `Eerst was aluminiumchloorhydraat de boosdoener. De stof zou het zweetproces hinderen, zodat giftige stoffen niet naar buiten kunnen. En daarnaast zou ze ook in het lichaam kunnen binnendringen via kleine letsels veroorzaakt bij het scheren van de oksels.' |
Geschoren oksels Maar een studie in het Journal of the National Cancer Institute eind 2002 die de okselgewoontes van 813 vrouwen met borstkanker vergeleek met 793 vrouwen zonder borstkanker, vond geen enkel verband. Er was geen groter risico bij vrouwen die antizweetmiddelen gebruikten, zelfs niet (kort) na het scheren van de oksels. Een tweede studie bij een kleinere groep vrouwen in 2006 bevestigde die bevinding. In een ander onderzoek in het European Journal of Cancer werden 437 borstkankerpatiënten ondervraagd over hun okselhygiëne. Hier stelde de onderzoeker vast dat er wel een verband was tussen de leeftijd waarop de diagnose werd gesteld en het gebruik van deodorants en antiperspiranten bij geschoren oksels. De borstkankerdiagnose viel vroeger bij de vrouwen die vaak deodorants en antiperspiranten gebruikten en de oksels scheerden. Maar vanuit wetenschappelijke hoek rees de kritiek dat deze studie geen controlegroep van vrouwen zonder borstkanker had. Er is dus geen overtuigend bewijs van een oorzakelijk verband. |
|
|
niet ongerust maken `Daarna zorgden de antiperspiranten die parabenen bevatten voor de nodige onrust. Net als bij aluminiumchloorhydraat luidt de uitleg: het menselijke lichaam heeft enkele plaatsen waar afvalstoffen via het zweet het lichaam kunnen verlaten, zoals de oksels. Antiperspiranten verhinderen het zweten via de oksels. In plaats van geëlimineerd te worden, zouden giftige stoffen zich vastzetten in deze zone. In de buurt dus van de plaats waar de meeste borstkankers ontstaan.' Maar ook de relatie tussen parabenen en borstkanker is niet wetenschappelijk onderbouwd, aldus de Stichting tegen Kanker. De Britse studie die in 18 van de 20 onderzochte weefsels van borstkankergezwellen parabenen vond, bewees niet dat die parabenen de tumoren veroorzaakten of dat de parabenen afkomstig waren van antiperspiranten. Het onderzoek gebeurde op erg kleine schaal en de stalen van de gezwellen werden niet vergeleken met gezond borstweefsel. Patricia Servais: 'Onderzoeken bij een groter doelpubliek, met inbegrip van controlestalen van gezond weefsel, zouden moeten toelaten om nog meer zekerheid te krijgen. Intussen is er geen enkele reden om je ongerust te maken.' Wissen dus die mails! |
Wat vernoogt het risico op borstkanker wel?
- driekwart van de gevallen ontstaat vanaf de leeftijd van vijftig jaar
- vijf tot tien percent van de borstkan-kers houden verband met een afwijking in het zogenaamde Breast Cancer Antigen
- bijzondere hormonale omstandigheden
- geen kinderen hebben
- een eerste kind krijgen na je dertigste
- de eerste regels krijgen voor je twaalfde
- een behandeling volgen op basis van vrouwelijke hormonen vanaf de menopauze gedurende meer dan tien jaar
- persoonlijke antecedenten van borstkanker of bepaalde borstaandoeningen
Leefmilieu & borstkanker Wetenschappers en milieuorganisaties dienden in april een rapport in bij het Europees Parlement over de rol van pseudo-oestrogenen in het milieu bij borstkanker. Het is een bundeling van het onderzoek van de voorbije jaren over het verhoogde risico op borstkanker door chemicaliën die zich gedragen als vrouwelijke hormonen in het milieu. Die chemicaliën zitten overal om ons heen: cosmetica, detergenten, in afvalstoffen van plastic, pesticiden... De initiatiefnemers drongen er op aan de hoeveelheid hormoonverstorende producten in het milieu te beperken.
|
Zie ook volgende artikels:
|
Recente zoekopdrachten:
oksels scheren kanker | risico deodorant kinderen | patricia servais | geschoren oksel deodorant | kinderen en deodorant | risico's anti perspirant | kinderen en deoderant |
|